Gebruik dit stappenplan om de oefeningen te maken.
Stap 1
Noteer het getal juist in de tabel.
De eenheden noteer je in de tabel bij de maateenheid die erachter staat.
De eenheden is het laatste cijfer of het cijfer net voor de komma.
Stap 2
Vul alle cijfers bij aan in de tabel, voor en na de eenheden.